Al sinds 2015 is de SME bezig met de Edese smeerpijp, een plan om verontreinigd grondwater (de “Enka pluim”) te lozen op de Nederrijn. We schreven hier, hier en hier over de plannen de vuilwater pluim, in totaal ca. 9 miljoen kubieke meter , in 5 jaar middels een transportleiding vanaf de Rietkampen zonder reiniging in de Neder-Rijn af te voeren. Oorspronkelijk ging het vooral over de grote hoeveelheden sulfaat in de pluim, maar het kan niet uitgesloten worden dat ook veel giftiger stoffen zoals PCB’s en Dioxines aanwezig zijn. Recent liet wethouder Hoefsloot weten dit onwaarschijnlijk te vinden, maar gaf wel aan dat een beperkt onderzoek naar de aanwezigheid van deze stoffen uitgevoerd zal worden.
De SME werkt in deze zaak samen met Mooi Wageningen, die op hun site begin deze maand een analyse van dit “schandaal in wording” gaven, dat we hieronder overnemen.
Analyse: de Edese smeerpijp, een lokaal gifschandaal in wording
Zicht op het Enka-terrein (feb 2019). Foto: Henk-Jan van der Klis (CC BY-NC-ND 2.0)
Een gemeente die zich door een multinational op laat schepen met een grootschalige bodemvervuiling. Een waterschap dat weigert die vervuiling fatsoenlijk te onderzoeken. Bestuurders die naar afvaldumping toeredeneren. En Rijkswaterstaat en Provincie die risico’s over het hoofd zien.
Als milieuorganisaties in Wageningen en Ede zich niet hadden geroerd, waren de gemeenten Ede en Wageningen dit jaar begonnen met het lozen van ernstig vervuild grondwater op de Rijn. Het water bevat naast een reeks andere stoffen zeer waarschijnlijk ook gevaarlijke dioxines en pcb’s. Daarbij bovendien nog eens gebruik makend van schoon Veluws grondwater, dat steeds schaarser wordt. En dat ook nog eens voor honderd jaar lang.
Wat is hier aan de hand? En hoe heeft dit zo ver kunnen komen?
Laten we beginnen met de erfenis die Akzo Nobel in Ede heeft achtergelaten. Het gaat om een fabriek die kunstzijde (viscose), sponzen, zemen maakte, en bijna honderd jaar geleden werd geopend (1922). Het bedrijf dumpte decennialang grote hoeveelheden chemicaliën in de bodem. De ENKA (spreek uit: NK) werd in 1969 als AKU onderdeel van het Akzo-concern. Door ‘rampzalige marktomstandigheden’ sloot deze ENKA-fabriek in 2002 de poort en stonden 550 mensen op straat – nog slechts tien procent van het aantal mensen dat er in de hoogtijdagen werkte.
De fabriek ligt naast het intercitystation Ede-Wageningen. In de drive om te groeien kocht de gemeente de grond om zo ontwikkelingen te kunnen sturen. Daarbij verzuimde de raad om het principe ‘de vervuiler betaalt’ te laten gelden. De gemeente nam de grond over inclusief de erfenis die de chemiereus in de bodem had achtergelaten, met een daardoor iets lagere koopsom. In de gemeenteraad zijn daar nooit serieus vraagtekens bij gesteld.
Het voormalige fabrieksterrein werd de afgelopen jaren getransformeerd tot een gewilde woonwijk. Om de huizen ligt een laag schone grond. Een schoorsteen en enkele voormalige fabrieksgebouwen zijn blijven staan en herbestemd.
Foto: zeze57 (CC BY-ND 2.0)
De vervuiling is zich ondertussen gaan verspreiden via het grondwater. Steeds verder komt het onder naburige woonwijken. Op termijn kan het ook natuurgebied het Binnenveld bereiken.
Ingrijpen is dus noodzakelijk. Daar is iedereen het over eens. Maar hoe?
Dan begint een nog schaamtelozer vertoning. Verdunnen en lozen, is al snel de conclusie van overheden en waterschap. Afvaldumping dus. Dat het verdund wordt met kostbaar schoon grondwater wil nog niet zeggen dat daarmee de vervuiling vermindert. Uiteindelijk dump je toch gewoon alles in het milieu.
Naar sanering ter plaatse wordt niet eens serieus gekeken. Technisch is het prima mogelijk. Te duur, aldus de bestuurders. Maar de kosten voor zuivering worden systematisch te hoog ingeschat. En in berekening van de kosten van afvaldumping worden niet de maatschappelijke kosten van deze milieuverontreiniging en verspilling van grondwater voor de komende honderd jaar meegenomen.
De lokale milieuorganisaties vereniging Mooi Wageningen en Stichting Milieuwerkgroepen Ede (SME) bundelden al snel hun krachten en kennis om deze handelswijze aan de kaak te stellen. Ze dienen zienswijzen in, maken bezwaar en gaan in beroep tegen het toekennen van vergunningen.
Ze achterhalen bovendien dat de aard van de vervuiling nooit goed is onderzocht. Wat je niet meet vind je niet, leert iedere eerstejaars scheikundestudent. Gezien de aard van de activiteiten van de ENKA had hier veel uitgebreider onderzoek gedaan moeten worden. Wie zich een beetje in de fabriek verdiept, ziet dat er behalve sulfaat, ook kankerverwekkende stoffen als pentachloorfenol, dioxines en pcb’s in het grondwater moeten zitten.
Een nabijgelegen volkstuin maakt gebruik van grondwater. Daar hangt een bordje dat het water veilig is bevonden. Maar waarop het daar door achteloze tuinders opgepompte grondwater is gecontroleerd, blijft onduidelijk.
De acht kilometer lange pijplijn waarmee het vervuilde grondwater naar de Nederrijn bij Wageningen zou worden gepompt, komt bovendien uit bij Natura 2000-gebied Rijntakken. Waar de ene overheid (de provincie) haar best doet om Europees belangrijke riviernatuur te beschermen, is de andere overheid (de gemeente) bezig deze beschermde natuur langzaam te vergiftigen.
Voor antwoord op de vraag hoe deze situatie heeft kunnen ontstaan, springen vooral gebrekkige kennis en kortetermijnpolitiek in het oog. Bestuurders die geen gaten in rapporten kunnen en durven schieten. Erkennen dat je iets niet snapt, blijft lastig. En een eenmaal ingeslagen weg wordt niet gauw weer verlaten, uit angst voor gezichtsverlies. Terwijl het zich op deze manier ontwikkelt tot een waar gifschandaal.
Hoe nu verder?
Daar is maar een conclusie mogelijk: op de schreden terugkeren. Erken dat er gebrekkig onderzoek is gedaan naar de aard van de vervuiling, doe dat alsnog en houd je als overheid aan je eigen regels. Afvaldumping is verboden. Kostbaar schoon grondwater gebruiken om een vervuiling te verdunnen kan en mag nooit een oplossing zijn om vervuiling op te ruimen. Schakel als bestuurders onafhankelijke technische en chemische expertise in. En spreek Akzo Nobel eindelijk eens aan op de achtergelaten erfenis.
De lokale milieuorganisaties laten het er in ieder geval niet bij zitten en grijpen alle middelen aan om de aanleg van deze Edese smeerpijp te stoppen.