Door Wouter Schotsman, Bennekoms Nieuwsblad, 2 december 2015.
“Als een jonge uil uit de kast komt…” Henk van Paassen wacht even totdat er in de zaal niet meer zachtjes gegrinnikt wordt en gaat dan verder: ” …moet hij meteen kunnen vliegen, want hij wordt over de rand geduwd.” Het is een van de prachtige verhalen waar de donateurs van de Stichting Milieuwerkgroepen (SME) belangstellend naar luisteren.
De SME biedt de donateurs elk jaar een programma aan dat natuurliefhebbers interesseert. Dit jaar bestaat dat programma uit twee presentaties. Henk van Paassen en Jan Snoijink vertellen over uilen en vleermuizen in Nederland. Het gaat redelijk goed met uilen en vleermuizen. Alleen al in het Binnenveld broeden ongeveer 60 paartjes steenuilen. Tussen Ederveen en Harskamp hangen meer dan 60 uilenkasten. Het landgoed Hoekelum is een prettige woonplek voor bosuilen, de grootste uilen van Nederland (op de schaars voorkomende Oehoe na). Op het landgoed is ook een ijskelder en daar wonen vleermuizen, de enige vliegende zoogdieren. Als de tellingen geloofd mogen worden gaat het ook goed met de vleermuizen. De heren zetten er wel meteen wat vraagtekens bij: gaat het echt goed met uilen en vleermuizen, of wordt en vaker en beter geteld?
Vraagtekens zetten, dat past wel bij de SME. In haar welkomstwoord vertelde voorzitter Suzette Stumpel dat de SME nog steeds zorgen heeft over de Parklaan, de route tussen Station Ede Wageningen en de A12 die met twee extra rijstroken verbreed dreigt te worden. Niet als het aan de SME ligt! Zo zijn er ook zorgen over de waterwinning in het Edese Bos. Daar wordt een groot reservoir aangelegd. Dat betekent een groot gebouw in het natuurgebied en het aanleggen van een lange pijpleiding. In het ‘Herfstbericht 2015’ dat voor de donateurs op tafel is gelegd, schrijft het bestuur echter ook dat het prettig en nuttig is dat de verhouding met de gemeente is verbeterd. Er is nu tweemaal per jaar een overleg met de drie betrokken wethouders. Daardoor wordt de SME vroegtijdig betrokken bij plannen en kan al in het voorstadium aandacht gevraagd worden voor de effecten op natuur en milieu van die plannen. Vroegtijdig overleg levert betere resultaten op dan bezwaar maken als de plannen gepresenteerd zijn of zelfs al in uitvoering zijn. Maar nog steeds worden er vraagtekens gezet. Bij het Edese bomenbeleidsplan bijvoorbeeld. De SME zou graag een inventarisatie zien van waardevolle bomen op particulier terrein. Wie helpt? Vraagtekens zet men ook bij de biomassacentrales. Is het wel duurzaam om je opgeslagen CO2 te verstoken? De SME heeft nog veel te doen. Daarom wil men het aantal actieve bestuursleden uitbreiden.